Het kippeneierenlegsyndroom is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door het aviaire adenovirus en die wordt gekenmerkt door een afname vaneierproductiesnelheid, wat kan leiden tot een plotselinge daling van de eierproductie, een toename van eieren met een zachte en misvormde schaal en een verkleuring van bruine eierschalen.
Kippen, eenden, ganzen en wilde eenden zijn vatbaar voor de ziekte. De vatbaarheid van verschillende kippenrassen voor het legsyndroom varieert, waarbij legkippen met een bruin schild het meest vatbaar zijn. De ziekte infecteert voornamelijk kippen tussen de 26 en 32 weken oud en komt minder vaak voor boven de 35 weken. Jonge kippen vertonen na infectie geen symptomen en er worden geen antilichamen in het serum aangetroffen, wat positief wordt na de start van de eiproductie. De bron van virusoverdracht zijn voornamelijk zieke kippen en virusdragende kippen, verticaal geïnfecteerde kuikens, en contact met uitwerpselen en afscheidingen van zieke kippen zal ook besmet raken. Besmette kippen vertonen geen duidelijke klinische symptomen. Bij legkippen van 26 tot 32 weken oud daalde de eiproductie plotseling met 20% tot 30%, of zelfs 50%. Dit geldt voor eieren met een dunne schaal, eieren met een zachte schaal, eieren zonder schaal, kleine eieren, een ruw oppervlak van de eierschaal of een fijnkorrelig uiteinde (zoals schuurpapier), lichtgeel ei, eiwit zo dun als water, soms eiwit vermengd met bloed of vreemde stoffen. De bevruchtings- en uitkomstpercentages van eieren die door zieke kippen worden gelegd, worden over het algemeen niet beïnvloed en het aantal zwakke kuikens kan toenemen. Het verloop van de ziekte kan 4 tot 10 weken duren, waarna de eiproductie van de kudde geleidelijk weer normaal kan worden. Sommige zieke kippen kunnen ook symptomen vertonen zoals gebrek aan levenslust, een witte kroon, warrige veren, verlies van eetlust en dysenterie.
Rekening houdend met de introductie van fokkippen uit niet-besmette gebieden, moeten de geïntroduceerde fokkippen strikt geïsoleerd en in quarantaine gehouden worden. De hemagglutinatie-inhibitietest (HI-test) moet worden gebruikt na het leggen van de eieren. Alleen kippen die HI-negatief zijn, mogen worden ingezet voor de fokkerij. Kippenhouderijen en broedhallen passen strikt desinfectieprocedures toe en letten op de balans van aminozuren en vitamines in het dieet. Kippen van 110 tot 130 dagen oud moeten worden geïmmuniseerd met een geïnactiveerd vaccin met olie-adjuvans.
Plaatsingstijd: 28-09-2023